Ik heb altijd geweten dat ik graag kindjes wou. De vraag was dan ook niet “of” maar “wanneer” er kindjes zouden komen.
Toen ik zwanger werd, was ik euforisch. Maar sloeg de onzekerheid ook genadeloos toe. Zou het hartje nog wel kloppen? Zou alles ok zijn? Zouden wij dat wel goed doen, als mama en papa?
Toch wist ik het zeker, eens die kleine spruit er zou zijn, zou ik dolgelukkig zijn, en heel hard genieten van een roze wolk.
Na 9 lange maanden wachten (en nog iets langer, Muisje voelde zich duidelijk goed in mama’s buik), was het dan eindelijk zo ver: hij was er!
We waren meteen trots, en vertederd. Maar eerlijk? Ik kan niet zeggen dat we meteen dolverliefd waren. We werden niet op slag overspoeld door liefde. We kenden dat kleine mannetje totaal nog niet, we moesten hem nog helemaal ontdekken.
De befaamde roze wolk liet op zich wachten. De combinatie van hormonen en vermoeidheid deed zijn werk. Dan kwam de kersverse papa toe in het ziekenhuis, en kwamen de tranen piepen. Terwijl ik ondertussen zat te lachen “ik weet niet eens waarom ik huil?!”
De gedachte dat dat kleine wezentje volledig afhankelijk was van ons, werkte een beetje verlammend. Vanaf nu moesten we er altijd staan, elke minuut van elke dag. Ging ik te voet naar de winkel om er even uit te zijn, kreeg ik na 100m al telefoon: “hij heeft honger, ik denk dat je best terugkeert”. Beklemmend was dat…
Ik begon me af te vragen waar we in ’s hemelsnaam aan begonnen waren. Zouden we ooit ons “leven” terugkrijgen?! Waarom had ik dit zo graag gewild?!
De opmerkingen van bezoekers deden er ook geen goed aan. “Je kan je dat niet meer inbeelden he, een leven zonder dat ventje”. Bwa, ik kon me de vrijheid en frisheid van mijn vroegere leventje toch nog vrij vlot inbeelden…
Op slag voelde ik me een slechte moeder. Abnormaal zelfs. Niemand had me ooit verteld dat het zo ging, het moederschap.
Maar ondertussen leerde ik Muisje elke dag beter en beter kennen. Ik kon op hem inspelen, leerde hoe ik hem kon troosten, kon blij maken. Werd elke dag een beetje verliefder, een beetje trotser.
Het werd gemakkelijker, mijn baby kreeg wat regelmaat en ritme. Er ontstond interactie.
En op een dag moest ik vaststellen dat ze gelijk hadden: ik kon me mijn leven niet meer inbeelden zonder hem.
Elke dag dacht ik dat mijn liefde niet meer groter kon worden, om de dag erna vast te stellen dat die liefde toch nog een tikje gegroeid was.
Mijn zwangere buik had plaatsgemaakt voor iets nieuws: een warme golf mama-liefde.
Ik kan dus alleen maar meegeven aan nieuwe of toekomstige mama’s: hé, het is oké, als je niet instant op een roze wolk vertoeft na de bevalling.
Die roze wolken van tegenwoordig durven al eens de weg kwijt te raken, en met een beetje vertraging komen aanwaaien 😉
Ik heb wel het geluk gehad om meteen bij allebei op een heel grote roze wolk te zitten. In het ziekenhuis dan toch. Bij thuiskomst met de oudste, botste ik dan toch op de realiteit.
Ik weet nog, toen ik pas enkele dagen thuis was met Léonie, dat ik het ineens nodig vond om de ruiten te kuisen. Ik en kuisen, dat gaat nochtans écht niet samen, maar ineens moest dat toch persé gebeuren. Om wat frisse lucht te hebben? Om even in de zon te “ontsnappen” aan die grote verantwoordelijkheid? ‘k Weet het niet, maar het zat zo in mijn hoofd en het moest en zou gebeuren, na een voeding, terwijl ze sliep.
Emmers gevuld, alles uitgehaald en klaargezet. Léonie sliep in haar wiegje en papa was in de buurt.
Toen ik net buiten wilde gaan, begon ze te huilen. Ja, honger natuurlijk hé, weer een borstje nodig natuurlijk. En eentje was niet genoeg, ze wilde blijven hangen.
Ik heb toen tranen met tuiten gehuild om het feit dat ik “gewoon” mijn ruiten nog niet eens kon gaan kuisen wanneer ik het wilde, zoals vroeger. Gewoon doen wat ik wil, het ging niet meer… Dat was een moment waarop dat toch even hard aankwam.
Gaandeweg leerde ik dan wel van dan maar lekker gezellig in de zetel te gaan hangen met een goed boek of voor tv met hét perfecte excuus om niks te moeten doen behalve voeden, voeden en nog eens voeden en stilaan je baby leren kennen. En bij nummer twee ging dat allemaal al veel beter.
Ik heb genoten van hun babytijd, ik heb er heel veel voor gedaan, maar eerlijk, ‘k ben intussen wel blij dat we twee jaar verder zijn en dat de jongste binnenkort ook naar school kan. Het voelt alsof ik mijn “eigen” stukje leven stilaan weer in de hand krijg. Ik kan me geen leven zonder kinderen meer voorstellen, en zou niet meer terug willen, maar het is zo fijn eens ze naar school gaan en er stilaan weer tijd voor jezelf komt. Alles op z’n tijd…
LikeGeliked door 1 persoon
Heel herkenbaar, het idee hebben van constant te zitten voeden! Ik heb dan van de nood een deugd gemaakt, en heb de volledige dvd-reeks van Friends herbekeken tijdens de voedingen. Zo had ik toch een beetje “me-time”
En ja, bij een tweede zijn de verwachtingen net iets realistischer he 😉
LikeLike
Ik maak me nu al druk terwijl we nog niet eens aan kinderen zijn begonnen :). Dus ik weet zeker dat ik met veel plezier je webstekje zal volgen! En een cadeautje voor jullie tweede prins komt er ook (ooit) aan!
LikeLike
Zeer herkenbaar, vooral dat van hem elke dag liever zien. Mijn beeld werd ineens wat wazig 😉
LikeLike