De vermoeidheid, hormonen en vloedgolf aan emoties in de kraamtijd van de oudste indachtig, had ik me schrap gezet voor wat de geboorte van nummertje twee met zich zou meebrengen.
Was het omdat ik realistischere verwachtingen had? Had ik minder last van de hormonen? Ik weet het niet, maar feit is dat er onmiddellijk een donzige roze wolk kwam aanwaaien, met een zacht zomers briesje. Deze roze wolk had duidelijk wél een GPS bij en vond meteen de weg.
Genieten, van mijn twee kindjes. De oudste die de jongste kwam knuffelen en zoentjes geven. Trots op grote broer. Vertederd door kleine broer. Zalig!
Waar ik bij de oudste blij was als ik tegen ’s avonds gedoucht was geraakt en iets had kunnen eten, slaagde ik er nu in om voor twee kindjes te zorgen, de was te doen, eten op tafel te zetten, … En tussendoor vond ik nog de tijd om mijn nagels te lakken.
Het kon dus ook anders!
Pas op, je hoort me niet zeggen dat het gemakkelijk is, twee kleintjes in huis.
Met een peuter en baby is me-time een onbekend begrip. Tot in het toilet word ik achtervolgd door een enthousiaste peuter. “Schootje zitten?”
Multi-tasken leer ik daarentegen als de beste. Borstvoeding geven en ondertussen met de oudste een boekje lezen, of hem tijdens een driftbui sussen en traantjes wegvegen, daar draai ik mijn hand niet meer voor om.
Baby’s hebben volgens mij trouwens een ingebouwde zender, hun dutje eindigt altijd nét wanneer mama’s poep de zetel dreigt te raken om even te rusten.
En toen de oudste drie keer ziek werd op een maand tijd, waardoor ik er ’s nachts niet voor een maar voor twee kindjes uit moest, was ik op den duur zo moe dat ik zelf ziek werd.
En als ik eerlijk ben, moet ik toegeven dat ik toch ook al een paar keer met een serieuze smak van mijn roze wolk ben gedonderd.
Beertje kreeg na 4 maanden de diagnose van reflux, iets waar de papa en ik al die tijd al voor vreesden. Alle symptomen waren aanwezig, behalve het krijsen. We dachten dat het dus wel meeviel, tot ook het krijsen niet meer uitbleef.
Met de juiste medicatie gaat het intussen iets beter.
Maar eerlijk, het is zwaar, en ik ben met momenten echt ‘op’ van vermoeidheid. Kan niet meer bijhouden hoe vaak ik ’s avonds laat of ’s nachts na een voeding de living op en af wandel tot baby slaapt. Doodmoe, en eenzaam, terwijl de rest van het huis al in dromenland ligt. En dan hopen dat hij niet wakker wordt als ik hem in zijn bedje leg.
Elke ouder kent het wel, met een zucht in de zetel ploffen als de kindjes in bed liggen. Maar dat is ons voorlopig niet gegund. De avonden verlopen moeizaam, en als Beertje eindelijk slaapt, moet ik snel mee gaan slapen, om toch maar zoveel mogelijk slaap mee te pikken. Weg kans op een minuutje voor mij- of onszelf.
En dan zijn er de twijfels. Borstvoeding blijven geven, of zou hij beter af zijn met speciale reflux-kunstvoeding? Of vaste voeding?
Zou hij beter slapen als hij apart lag? Maar in principe zou hij dan bij grote broer op de kamer liggen, en misschien wordt die dan telkens mee wakker?
En het schuldgevoel, geen enkele ouder onbekend. Beertje is de vrolijkste baby, kraait en lacht naar iedereen die het zien of horen wil. Zolang hij geen last heeft, that is. En daar zou ik 100% van moeten genieten. Terwijl het allemaal wel eens doorweegt…
Dan prevelen we maar 100x na elkaar: “het is een fase, het is een fase, het is een fase, …”. Alom gekend motto onder jonge ouders.
Gelukkig vind ik achter elke donderwolk wel ergens een verscholen touwladdertje, om opnieuw naar die roze wolk te klimmen en er mij te nestelen. Om te genieten. Misschien met serieuze wallen onder mijn ogen, al geeuwend, en af en toe al zuchtend, maar hoe dan ook, genieten.